1. januari innovatie

Wet BIBOB vernieuwd

Wat betekent dit voor u als ondernemer en wat zijn de consequenties?

2013 is een bijzonder Bibob-jaar. Niet alleen jubileert de Wet Bibob; de Wet bevordering integriteitsbeoordelingen door het openbaar bestuur, ook is deze per 1 juli jl. uitgebreid. “Wegens succes verlengd” is de teneur op het Ministerie van Veiligheid en Justitie, initiator van de wetswijziging. Maar is deze uitbreiding eigenlijk positief voor u als ondernemer?

De Wet Bibob dient op zichzelf een nobel doel: het tegengaan van inmenging van ‘vervuilde’ ondernemers in het legale circuit. Malafide organisaties kunnen met illegaal verdiend vermogen legale ondernemingen starten, waarmee dat vermogen wordt witgewassen. Evenals bonafide ondernemers kunnen zij voor hun onderneming vergunningen of subsidies aanvragen of deelnemen aan aanbestedingsprocedures. Hier komt de Wet Bibob in beeld. Deze biedt overheden de mogelijkheid de benodigde vergunning of subsidie te weigeren of een ‘Bibob gevaarlijke’ inschrijver uit een aanbesteding te weren. Zonder vergunning kan geen onderneming worden gedreven, zo is de gedachte. De wet voorkomt daarmee dat de overheid meewerkt aan criminaliteit.

In 2012 deden overheden 326 adviesaanvragen bij het Landelijk Bureau Bibob. Bij 129 ondernemers adviseerde het Bureau een vergunning wegens “ernstig gevaar" te weigeren/in te trekken. Deze ondernemers waren vooral actief in de horecasector, maar ook in de milieu-, bouw-, en transportsector. Dit zijn met de afval-, coffeeshop-, ICT- en seksinrichtingensector, de branches waarop de Wet Bibob al van toepassing was. Per 1 juli jl. zijn daaraan toegevoegd de kansspelsector, vuurwerkimporteurs, de Huisvestingswetvergunningen en ‘kwalibo-erkenning’, alsmede de handel in strategische goederen. Daar bovenop is voor lokale vergunningen de ‘branchering’ losgelaten: gemeenten mogen zelf bepalen op welke vergunningen, gebaseerd op eigen verordeningen, zij de Wet Bibob toepassen. Meest in het oog springt wel de uitbreiding van de wet naar vastgoed- en grondtransacties waarbij de overheid betrokken is. Hierdoor kan een overheid bij een negatief Bibob-advies voortaan besluiten een vastgoedtransactie niet aan te gaan of -indien dat al was gebeurd- deze te ontbinden. Voorwaarde is dan dat de overheid die bevoegdheid veiligstelt door in de overeenkomst een ontbindende of opschortende voorwaarde op te nemen.

Niet alleen het toepassingsbereik van de wet is uitgebreid, ook de toepassingsmethoden zijn verruimd. Nu al gebruiken overheden de Wet Bibob wanneer eigen onderzoek vragen oproept over de integriteit van de betrokkene of op grond van een tip van justitie. Vaak beschikken overheden over beleid. Daarin kan zijn geregeld dat bepaalde vergunningen altijd een Bibob-onderzoek ondergaan. Wordt de twijfel niet weggenomen, dan kan de overheid het Bureau om advies vragen. Deze screent de betrokkene, zijn bezittingen en betalingsverkeer, de financiering van zijn onderneming, antecedenten en eventueel lopende (strafrechtelijke) onderzoeken. Het Bureau kan in databanken van onder andere politie, justitie en Belastingdienst. Per 1 juli jl. is hieraan een aantal databanken toegevoegd. Het onderzoek richt zich niet alleen op de betrokkene zelf, maar ook op diens privé- en zakelijke relaties waarmee hij mogelijk een zakelijk samenwerkingsverband heeft. Dat wordt soms al aangenomen als iemand vermogen verschaft.

Constateert het Bureau dat de betrokkene –zelf of via een zakelijke relatie– in relatie staat tot strafbare feiten, dan wordt “ernstig gevaar” aangenomen dat hij zijn vergunning gebruikt om crimineel vermogen te benutten of opnieuw strafbare feiten te plegen. De overheid die het advies aanvroeg volgt doorgaans die conclusie en weigert dan de vergunning. Anders dan in strafrechtelijke procedures hoeft niet te zijn bewezen dat de betrokkene in relatie staat tot strafbare feiten. Aannemelijkheid is voldoende. De betrokkene geniet ook niet de bescherming die een verdachte in een strafproces toekomt. Op de weigering om aan een Bibob-onderzoek mee te werken kan zelfs een sanctie staan. Dit komt omdat het doel van de Wet Bibob niet wordt geacht te zijn gericht op “bestraffing”, zoals het strafrecht, maar op “herstel/behoud van de rechtmatige toestand”. Dat de wetstoepassing wel zo wordt ervaren –een betrokkene kan zijn onderneming levenslang moeten beëindigen– maakt dit niet anders.

Tot 1 juli jl. ontving de betrokkene van het Bibob-advies geen afschrift. Dat mocht hij alleen inzien. Dit is per 1 juli jl. veranderd. Voortaan ontvangt de betrokkene wel een afschrift, maar hij mag het advies niet verspreiden. De overheid mag dat wel ten behoeve van zijn eigen onderzoek: regionale informatie- en expertisecentra mogen het advies inzien en het mag worden gedeeld in het ‘driehoeksoverleg’. Ook anderszins zijn de onderzoeksbevoegdheden uitgebreid. Overheden kunnen voortaan zelf justitiële en strafvorderlijke gegevens over de betrokkene opvragen. Daarnaast kunnen zij het Bureau vragen of er naar bepaalde betrokkenen eerder onderzoek is verricht. Het wordt voor overheden makkelijker om zonder het Bureau onderzoek te doen en desgewenst te besluiten een vergunning te weigeren.

De Wet Bibob zal meer worden ingezet. Zeker ook door kleinere gemeenten, waarvan het Bureau in 2012 al een toename van adviesaanvragen vaststelde. Hoe dan ook betekent de aangepaste wet een administratieve lastenverzwaring door aanvullende procedures bij een vergunningaanvraag en een vergaande overheidsinmenging in (financiële) constructies van uw onderneming. Ook zal de besluitvorming langer duren. De Minister stelt hier tegenover dat eerlijke ondernemers beter worden beschermd tegen oneerlijke concurrentieposities door malafide ondernemers.    

Zolang de overheid de Wet Bibob rechtmatig en voor het daarvoor bestemde doel inzet, heeft u als goede ondernemer niets te vrezen. “Commit a crime and the world is made of glass” (Emerson): raakt u in een Bibob-procedure verzeild, dan worden deuren van glas en komt iedere oneffenheid in uw onderneming aan het licht. Wilt u dit voor zijn, laat dan uw onderneming en relaties screenen en tref zo nodig maatregelen.


Franc Pommer
Advocaat Holla Advocaten
F.pommer@holla.nl
www.holla.nl 

 

<< Terug